Hieronder worden de voorlopige conclusies van het onderzoek weergegeven:

  • Uit de projectplannen blijkt dat de human capital activiteiten en elementen (vooralsnog) een beperkte rol spelen binnen de MOOI voorstellen. De focus ligt sterk op innoveren en in beperktere mate op werken (het implementeren van deze producten in bedrijfsomgeving door het geven van een cursus, bijscholing, training) en leren.
  • Over het algemeen zijn de activiteiten in relatie tot werken vooral gericht op het bijscholen van bestaande werknemers in brede zin.
  • De focus bij het innoveren ligt op het ontwikkelen, testen en toepassen van nieuwe innovaties (prototypes/platformen/apps/diensten). Hiervoor delen de verschillende partners in de consortia kennis en faciliteiten, en wordt gewerkt op testlocaties (zoals Living Labs). De testfaciliteiten spelen hierin een instrumentele rol en staan in dienst van de te  ontwikkelen innovaties.
  • De link met learning communities blijkt beperkt . Voorbeelden van integrale en geformaliseerde aanpak van leren, werken en innoveren zijn er dan ook weinig. Kennisuitwisseling verloopt vooralsnog sterk informeel.
  • Wel zijn er ingrediënten aanwezig binnen de consortia waar learning communities uit voort zouden komen:
    • Veel kennisdeling en uitwisseling zowel binnen het consortium (veelal informeel) als daarbuiten (blogs, webinars , sociale media, YouTube en op conferenties). De focus ligt op het delen van onderzoeksresultaten en het consulteren van direct belanghebbenden.
    • Een rijke omgeving met verschillende partners die ook in het verleden al hebben samengewerkt. MBO instellingen zijn echter maar beperkt direct betrokken. Dit geldt in mindere mate ook voor het HBO. Ruim aanwezig zijn de (technische) universiteiten, die vooral zijn betrokken vanuit hun rol als kennis en onderzoekpartner, maar minder als onderwijsinstelling.
  • Het opdoen van nieuwe kennis en ervaring gebeurt volop binnen de consortia. Kortom, impliciet is er bij diverse consortia wel veel aandacht hiervoor.
  • Uit de enquête blijkt daarnaast dat het voor de meeste consortia op dit moment nog wat vroeg is om een goede inschatting te maken van het leerproces .
  • Wel is het merendeel van de consortia van plan de samenwerking voort te zetten na afloop. Het feit dat de ontwikkelde producten en kennis aansluiten op de behoeften en vraag van betrokken partijen is een belangrijke waarborg voor het gebruik van resultaten in de toekomst.

Uit onderstaande figuur komt naar voren dat gemiddeld genomen verreweg de meeste inspanningen (73%) zijn gericht op innoveren. 

Als we in onderstaande figuur kijken naar de verbinding tussen leren, innoveren en werken valt op dat de focus logischerwijs sterk op innoveren ligt en dat vanuit daaruit leren plaats vindt. In de enquête zijn daarvoor verschillende antwoorden gegeven. Een van de respondenten gaf aan dat je leert door te innoveren. Zo wordt medewerkers geleerd hoe ze omgaan met de nieuwe installaties en zijn opleidingen verbonden voor de de ontwikkeling van een nieuw curriculum dat aansluit bij nieuwe ontwikkelingen.